genealogie
2010
Nederland
Badhoevedorp
Karel de Grote

Karel de Grote

Jullie weten misschien dat ik al lange tijd bezig ben om de stamboom van mijn familie na te pluizen. Onderzoek beperkt zich tot de vakantietijd. Gisteravond deed ik ineens een wel heel merkwaardige ontdekking. Ik had het natuurlijk, gezien mijn karaktereigenschappen, wel kunnen weten, maar nu heb ik ook het onomstootbaar bewijs.

Kijk hieronder maar.

 

KAREL DE GROTE, geb. Ingelheim bij Mainz 2-4-742, volgt 768 zijn vader op als koning der Franken in het noordelijk deel van het rijk en 771 zijn broer in het overige deel, verovert 774 Noord-Italië en wordt tevens koning der Longobarden, 25-12-800 te Rome door Paus Leo III gezalfd tot keizer van het West-Romeinse Rijk, overl. Aken 28-1-814, begraven aldaar in de Dom; gehuwd (Aken, begin 771) HILDEGARD, geb. 758, overl. 30-4-783, begr. St. Arnould bij Metz, dr. van Gerold I, graaf in de Vinzgouw en Imma uit de familie van de hertogen der Alemannen.

LODEWIJK I DE VROME, geb. Chasseneuil begin augustus 778, volgt 814 zijn vader op als keizer van het West-Romeinse Rijk, overl. op een eiland in de Rijn bij Ingelheim 20-6-840, begr. St. Arnould bij Metz; gehuwd II.(Aken, febr. 819) JUDITH WELF, geb. circa 804, overl. Tours 19-4-843, begr. aldaar in de St. Martin, dr. van Welf I, graaf in Beieren en Eigilwich uit Saksische adel.

KAREL II DE KALE, geb. Frankfurt am Main 13-6-823, na de deling van het rijk bij het verdrag van Verdun in 843 Koning van West-Francië, op 25-12-875 door Paus Johannes VIII in Rome tevens gekroond tot West-Romeins Keizer, overl. in een alpenhut te Avrieux bij de Mont Cenis 6-10-877, begr. klooster Nantua, later St. Denis bij Parijs; gehuwd (Quierzy, 13-12-842) ERMENTRUDIS, geb. circa 830, overl. 6-10-869, dr. van graaf Odo van Orleans.

LODEWIJK II DE STAMELAAR, geb. 1-11-846, in 856 onderkoning van Maine en 867 van Aquitanië, volgt 877 zijn vader op als Koning van West-Francië, overl. Compiègne 10-4-879, begr. in de Nôtre-Dame te Compiègne; gehuwd (875) ADELHEID, geb. 855/860, overl. 18-10 kort na 901, dr. van Adalhard, paltsgraaf te Quierzy en circa 885 graaf te Parijs.

KAREL II DE EENVOUDIGE, geb. (na de dood van zijn vader) 17-9-879, na veel binnenlandse opstanden in 893 Koning van West-Francië (en pas in 898 algemeen erkend), in 923 afgezet en gevangengenomen, overl. Péronne (in gevangenschap) 7-10-929, begr. St. Fursy te Péronne; gehuwd (917/918) EADGIFU VAN WESSEX, geb. 896, vlucht 923 met haar zoontje naar Engeland, keert 936 met hem terug, vervolgens abdis van Nôtre Dame te Laon, overl. na 951, dr. van Edward I, koning van Engeland en Aelflede van Bernicië.

LODEWIJK IV VAN OVERZEE, geb. 920/921, in 923 naar zijn moeder’s familie in Engeland gebracht, keerde in 936 terug naar Frankrijk en werd 19 juni te Laon tot koning van West-Francië gekroond, overl. Reims 10-9-954, begr. St. Remy te Reims; gehuwd (eind 939) GERBERGA VAN SAKSEN, geb. Nordhausen 913/914, weduwe van hertog Giselbert van Lotharingen, in 954 regentes voor haar minderjarige zoon koning Lotharius van West-Francië, sedert 959 abdis, overl. Reims 5-5-984, begr St. Remy te Reims, dr. van Hendrik I, Rooms-Koning van Duitsland, hertog van Saksen en Mathilde.

KAREL HERTOG VAN NEDER-LOTHARINGEN, geb. Laon zomer 953; neemt deel aan de vergeefse poging van Reinier IV van Henegouwen en diens broer Lambert I van Leuven hun vaderlijk erfdeel terug te veroveren 976; wordt verbannen door zijn broer Lotharius IV nadat hij diens gemalin Emma beschuldigd had van een verhouding met de 16.1.977 aangestelde bisschop van Laon. Adalbero; wendt zich dan tot keizer Otto II die hem aanstelt tot hertog in Lotharingen Diedenhofen/Thionville mei 977 (en daarmee, evenals met het herstel van Reinier en Lambert) een dam wil opwerpen tegen Westfrankische aanspraken op het Karolingische stamland); neemt deel aan de vergeldingsactie van de keizer tegen West-Francië 978; wordt daarbij (zonder dat zulks veel gevolgen heeft) door bisschop Theudebert van Metz tot koning van Lotharingen geproclameerd, maar treedt in de eerste jaren daarna niet meer naar voren; bouwt tussen twee armen van de Zenne een versterkt kamp met aangrenzend bestuurscentrum en geldt daarmee als grondlegger van de stad Brussel; wisselt tijdens de troonstrijd die in het Duitse rijk na de dood van Otto II (7.12.983) uitbreekt herhaaldelijk van partij, waarop het Duitse hof hem laat vallen en hij van die kant voor zijn Westfrankische aspiraties geen enkele steun meer krijgt; wordt mede daardoor na de plotselinge dood van zijn neef Lodewijk V (21.5.987) niet gekozen tot diens opvolger tijdens een door aartsbisschop Adalbero van Reims te Senlis geleide vergadering; neemt na de verkiezing van Hugo ‘Capet’ tot Frans koning (gekroond 3.7.987), zich beroepend op erfrecht, de strijd op en krijgt door zijn bastaardneef Arnulf de koningsstad Laon in handen gespeeld mei 988 (waar hij zijn schoonzuster, de koningin-weduwe Emma, en bisschop Adalbero van Laon gevangen neemt) en weet deze stad te behouden; krijgt door Arnulf ook nog de kroningsstad Reims in handen (989) die hem op Palmzondag (29/3) 991 onder ede nogmaals trouw belooft, maar in de daarop volgende nacht uitlevert aan Hugo Capet die hem, met zijn gezin, gevangen zet in Orléans; overl. ald. Tr. ca. 970 NN, dochter van Rodbert van Troyes (?). Tr. voor 979 (ca. 975) Adelheid (van onbekende herkomst).

ERMENGARD VAN LOTHARINGEN, overl. na 1047, waarschijnlijk in 1049, tr. Albert I, graaf van Namen, vermeld vanaf 981, wordt door Otto III belast met de bescherming van de abdij Brogne 31 maart of 30 april 992, overl. kort voor 1011, zoon van Robert I, graaf in (een deel van) de Lommegouw en Ermengard van Verdun.

ALBERT II VAN NAMEN, geb. ca. 1000, graaf van Namen ter opvolging van zijn oudere (in 1018 voor het laatst vermelde) broer Robert II, is aanwezig bij de stichting van de kapittelkerk St. Barthélemy te Luik en wordt in de daarop betrekking hebbende oorkonde onder de leke-getuigen als tweede, direkt na Gozelo I van Lotharingen, vermeld (1031), is eveneens aanwezig bij de wijding van het klooster St. Laurent te Luik 3.11.1034 en wordt dan belast met de voogdij van het daaraan geschonken grote, oud-karolingische domein Wasseiges, neemt waarschijnlijk met zijn schoonvader deel aan de slag bij Bar-le_Duc tegen graaf Eudes van Champagne 15.11.1037, is voogd van Ardenne, sticht de collegiale kerk van St. Aubin te Namen (1047), waaraan hij na het overlijden van zijn moeder zijn domein van Glons-sur-le-Geer schenkt, voor het laatst vermeld in 1062, overl. tussen juli 1063 en juli 1064, tr. voor 10.8.1035 Regelindis van Lotharingen, dochter van Gozelo I van Neder-Lotharingen (en later ook Opper-Lotharingen).

NN VAN NAMEN, tr. ca. 1065/70 Herman van Malsen, vermeld 1057 – ca. 1080, vermoedelijk door keizer Hendrik IV (1056-1105) beleend met het land van Kuijc voor 1096.

HENDRIK I VAN KUIJC , geboren ca. 1070, overleden voor 9-8-1108. Tr.  ca. 1100 met Alveradis van Hochstaden . Vermeld van 1108 tot 1131. Betrokken bij de stichting van de abdij Mariënweerd in 1129. Dochter van Gerard I van Hochstaden heer van Rieneck en Aleydis van Wickrath.

HERMAN VAN KUIJC , geboren ca. 1100, overleden ca. 1168. Tr.  ca. 1130 met N.N. uit het huis Namen/Laroche. Zie “De heren van Kuijc 1096-1400, door dr J.A. Coldeweij, blz. 30: “Een huwelijk van Herman is in geen enkele bron terug te vinden. Om de identiteit van zijn vrouw vast te stellen, moet men, bij gebrek aan bronnen, andere wegen bewandelen. In verband met het feit dat Herman van Kuijc aan een jongere (tweede?) zoon de naam Albert gaf, heeft Hardenberg gedacht aan een huwelijk met een dochter van Albert van Chiny. Tot dusver ondernomen onderzoek laat zien dat er bloedverwantschap bestaat met leden van het geslacht van de graven van Henegouwen, die met het huis Namen verwant waren. Daar komt nog bij dat de naam Albert zowel bij de graven van Namen als bij met hen verwante geslachten zoals Laroche, Durbuy en Chiny, manifest zijn.”

HENDRIK II VAN KUIJC , geboren ca. 1130, overleden 1204. Tr.  ca. 1160 met Sophia van Renen. Erfdochter van Herpen. Vermeld van 1191 tot 1203. Dochter van Dirk van Renen en een dochter uit het huis (van Bierbeek?).

ALVERADIS VAN KUIJC, geboren ca. 1165, overleden na 1226. Tr.  ca. 1191 met Dirk van Voorne , overleden voor 1229. Vermeld van 1198 tot 1228. Zoon van Dirk I van Voorne  en een dochter uit het huis van Naaldwijk .

HENDRIK, HEER VAN VOORNE , overleden 1261. Tr.  1231 met Catharina van Cysoing .

HILDEGONDE VAN VOORNE, overleden op 05-04-1302. Tr.  na 1270 met Willem, heer van Brederode, overleden op 03-06-1285, zoon van Dirk Drossaard  en (Alverade van Heusden).

DIRK VAN BREDERODE, overleden op 16-12-1318 te Reims. Overleden op de terugweg uit Palestina. Begraven te Reims. Begraven in de Dominicanenkerk. Bijgenaamd De Goede, heer van Brederode (1285), baljuw van Kennemerland, ridder (1290). Tr.  Maria van der Leck, geboren ca. 1272, overleden op 01-04-1307, dochter van Hendrik II , heer  van de Leck en Jutte van Borsele .

CATHARINA VAN BREDERODE, overleden 28 juni 1372, begraven te Monster; maakte 2 jaar eerder een testament en woonde toen te Rijnsburg. Tr. Jan I van Polanen, overleden op 26 september 1342 en begraven te Monster. Wordt op 6 december 1305 genoemd als zoon van Philips van Duivenvoorde en 30 maart 1306 als neef van Dirk van den Wale, die hem 17 september 1311 de molen te Voswijc in Monsterambacht schonk. Van zijn vader erfde hij tussen 1307 en 1309 de bezitting Polanen, eveneens gelegen onder Monster. Op 30 maart 132622 pachtte hij de heerlijkheid van de Lek, te weten de ambachten: Krimpen aan de Merwede ( = aan de Lek), Krimpen aan de Yssel, Ouderkerk en Zuidbroek “om 490 pond Hollands, den grote Tornoyse voir achte penninghe gherekent, die hi ghehelic ende al betaeld hevet”. In 1327 werd hij beleend met Heemskerk en Castricum, hij werd ridder (1329) en baljuw in Rijnland (1331), Woerden, Kennemerland en  West-Friesland. Op 19 november 1335 verwierf hij Capelle van heer Pieter van der Leek, terwijl hertog Jan 111 van Brabant hem op 9 dec. 1339 de heerlijkheid Breda, waarvan zijn broer Willem v. Duivenvoorde het vruchtgebruik had, voor 28.000 kleine florijnen verpandde. Op 15 januari 1342 beleende graaf Willem IV hem nog met een korentiende en de smaltiende in Poeldijk.

DIRCK VAN POLANEN geheten van der Lecke, aanvoerder der Hoeksen in 1358, drost van Heusden 1359, heer van Asperen  1366, overl. tussen 30-6-1412 en 8-1-1413, tr. 1366 Elburg van Asperen, Vr. van Asperen, dr. van Otto II van Asperen en Hagestein, ridder, en Aleijd van Avesnes.

OTTO VAN POLANEN, knape 1383, ridder 1391, heer van Voorst en Keppel 1402, van Asperen 1412, overl. ca. 1428, tr. Johanna van Voorst en Keppel, Vr. van Voorst en Keppel, overl. na 1416, dr. van Wolter van Voorst en Keppel, ridder, en Kunegonda van Meurs.

CUNEGONDA VAN POLANEN, Vr. van Voorst, Keppel en Asperen, overl. 1437, tr. ca. 1432 Frederik van Hekeren genaamd van Rechteren, heer van Rechteren, Hekeren, Bredenhorst en Rhaen 1411, tot Voorst, Keppel en Asperen in 1433, ridder, drost van Coevorden en Drente, overl. 1-2-1462, begr. Dalfsen, zn. van Sweder van Hekeren, ridder, en Sophia van Groesbeek.

SOPHIA VAN HEKEREN, genaamd Rechteren en Voorst, overl. Arnhem 16 nov. 1509, tr. 1453 Wijnand van Arnhem, ridder van Jeruzalem , schepen van Arnhem 1459-62, burgemeester 1462-1475, overl. Arnhem 27 febr. 1486, zn. van Gerijt van Arnhem,  ridder, en Cunegonda van Cuynre.

JOHAN VAN ARNHEM, heer van Kernhem, geb. ca. 1459, ridder, schepen van Arnhem, schout van de stad Geldern 1505, overl. 12-12-1531 , begr. klooster Mariendaal, tr. (huw.vrw. 20 sept.) 1484 Aleyd van Bemmel, Vr. van Kernhem, geb. ca. 1472, beleend met huis Kernhem 1481, overl. Ede 31 maart 1543, begr. Mariëndaal, dr. van Aalbert van Bemmel en Stijne Valckenaer.

ZEGER VAN ARNHEM, heer van Kernhem, geb. 26-6-1502, ridder , raad des hertogs, raad de keizers 1538, overl. 15-8-1557, begr. Ede, tr. 12-9-1543 Catharina van Honnepel , wed. van Reijnier van Voorst tot Doornenburg, overl. 20-5-1556, begr. Ede, dr. van Hendrik van Honnepel tot Groen en N.N. van Goor.

CAREL VAN ARNHEM, heer van Kernhem, geb. 24-8-1551, ridder,  burgemeester van Arnhem 1576-1614, raad des Fuerstendoms Gelre, gecommiteerde ter generaliteit 1582, overl. 20 sept. 1621, begr. Ede.

SICAMBER VAN ARNHEM, bastaard, geb. voor 1575, schout van Rheden 1626-1633,  overl. ca. 1657, tr.  Berendina Staveren.

ZEGER VAN ARNHEM, schout van Rheden 1636-1652, tr. Hendersken Gijsberts Brouwer, overl. 1657, dr. van Gijsbert Brouwers,  rentmeester.

BERENDJE VAN ARNHEM, tr. Spankeren 28-4-1667 Gijsbert Vleming, geb. Velp ca. 1645, landbouwer op “den Grooten Durck” te Velp, zn. van Wolter Vleminck en Naeleke van de Velde.

ZEGER VLEMING, ged. Velp 9-2-1668, landbouwer op “den Kleinen Durck” te Velp, overl. Velp 1737, tr. Emden ca. 1699 Hendrina Davidson, geb. Emden 12-5-1683, overl. Velp 12-7-1733, dr. van Patricus Davidson en Gijsbertha van Arnhem.

PATRICUS VLEMING, ged. Velp 18-6-1719, landbouwer te Lathum, gerichtsman van de heerlijkheid Baer en Lathum, overl. Lathum 8-11-1795, tr. Lathum 13-12-1747 Bernhardina (Arnoldina) Rasink, ged. Lathum 18-4-1723, overl. Lathum 21-3-1774, dr. van Derck Rasink en Gijsbertjen ten Bosch

GEERTRUIDA VLEMING X Arendt Jansen

PATRICUS JANSEN X Berendina Hendrina Wijlhuizen

WOUTER JANSEN X Christina Groenewoud

PATRICUS WOUTER CHRISTIAAN JANSEN X Johanna Jacoba Wilgenhof

WOUTER CHRISTIAAN JANSEN x Hendrika Schouwink

PATRIKUS JOHAN JANSEN X CHRISTINE LOUISE BRINKS